Ik kwam dit recept vijf jaar geleden tegen bij Luca van Boob to Food op Instagram, en het is me sindsdien echt bijgebleven. Het is zo’n gerecht dat je één keer maakt, en daarna nooit meer vergeet — omdat het simpel is, voedzaam, en omdat je het op zóveel manieren kunt gebruiken.
Als mama van vier kinderen is dit voor mij een echte gamechanger geworden in de keuken. Het is een perfecte saus voor baby’s die net starten met vaste voeding, maar ook ideaal voor grotere kinderen die liever geen zichtbare groenten op hun bord hebben. Zolang het maar een saus is — dan is het goed!
Wat ik zo mooi vind aan dit recept, is dat het telkens mag veranderen. Het is echt het toonbeeld van #nowaste koken: gebruik gewoon de restjes groente die nog in je koelkast liggen te wachten, of wat er te oogsten valt in de tuin. Elke keer anders, maar altijd lekker.
Er zijn wel een paar ingrediënten die ik standaard gebruik, omdat ze de basis vormen van een goede saus: ui of prei, knoflook, basilicum (of andere verse kruiden), en passata (of tomatenblokjes). De rest mag je aanvullen zoals je wil — het maakt de saus alleen maar rijker.
Gebruik je bottenbouillon? Dan geef je je saus ook nog eens een extra gezondheidsboost: goed voor de darmen, rijk aan mineralen, en het zorgt voor die diepe, volle smaak. Geen bouillon? Dan is water of groentebouillon een prima alternatief.
Wij gebruiken deze saus overal voor: pasta met balletjes, als basis voor shakshuka, op pizza, onder een kipfiletje in de oven, of als start van een ratatouille. Ik maak altijd een grote batch en vries een paar porties in — ideaal voor van die dagen waarop koken echt te veel gevraagd is. Gewoon ontdooien, opwarmen en genieten van een voedzame maaltijd.